Stof-explosiviteit algemeen.

Explosiviteit wordt getest door specialisten met specialistische apparatuur volgens internationaal vastgelegde normen en procedures.
PLOUM Engineering heeft zelf daarvoor geen voorzieningen en heeft met betrekking tot uitbesteding goede ervaringen met Adinex uit Herentals, België.

Explosiviteitsonderzoeken stoffen en poeders.

  • Explosiviteit – Screening test A/B, [VDI 2263 Blatt 1]Gemodificeerd Hartmann apparaat met een energie van ongeveer 10J (continue vonk).
  • Explosiviteit m.b.v. een 20 liter-bol (2kJ) [EN 14034 3 Annex C / VDI 2263, Blatt 1, 2.1.2.] door variatie met poederconcentraties.
  • Minimale ontstekingsenergie (MOE) m.b.v. het gemodificeerd Hartmann-apparaat volgens EN 13821. Vonk met variërende energie-inhoud..
  • Minimale ontstekingstemperatuur van een stofwolk (MOT) m.b.v. van de BAM-oven [VDI 2263, Blatt 1, 2.6] ).
  • Minimale ontstekingstemperatuur van een stoflaag of glimtemperatuur van een stoflaag [EN 50281-2-1]
  • Brandbaarheidsklasse van poeders (Ciba-Geigy methode) [VDI 2263, Blatt 1, 1.2.5.]
  • Relatieve zelfontstekingstemperatuur in een hete luchtstroom (Grewer) [VDI 2263, Blatt 1, 1.4.1.] .
  • Onderste explosiegrens m.b.v. een 20 liter-bol (2 kJ) [EN 14034 3 Annex C] .
  • Stofexplosiekarakteristieken m.b.v. een 20 liter-bol (10 kJ) [EN 14034 1-2 Annex C]  Max. explosiedruk en max. drukstijgsnelheid.
  • Zuurstofgrensconcentratie m.b.v. een 20 liter-bol (2 kJ) [EN 14034 4 Annex C].
  • Hot storage ontstekingstemperatuur [EN 15188 of UN classifcation self-heating solid] .